Kleine kinderen accepteren graag zelfs de vreemdste verhalen die anderen hen vertellen, omdat ze de context of het vertrouwen missen om te twijfelen. Ze gaan mee omdat ze niet weten hoe ze alleen moeten zijn, zowel fysiek als intellectueel.
(Little children gladly accept even the strangest stories that others tell them, because they lack either the context or the confidence to doubt. They go along because they don't know how to be alone, either physically or intellectually.)
In 'Speaker for the Dead' illustreert Orson Scott Card hoe jonge kinderen van nature geneigd zijn de verhalen van anderen te geloven. Hun onschuld en beperkte begrip weerhouden hen ervan de verhalen in twijfel te trekken, waardoor ze zelfs de meest ongewone verhalen zonder scepticisme kunnen omarmen. Dit weerspiegelt hun sterke verlangen naar verbinding en erbij horen, omdat ze zich ongemakkelijk voelen om alleen te zijn, zowel fysiek als intellectueel.
De acceptatie van verhalen door kinderen laat een diepere waarheid over de menselijke natuur zien; ze willen graag meedoen en ervaringen delen, ook al lijken de verhalen onwaarschijnlijk. Deze openheid is cruciaal in hun ontwikkeling en benadrukt hun afhankelijkheid van externe bronnen voor het begrijpen van de wereld. Naarmate ze ouder worden en context en zelfvertrouwen krijgen, evolueert hun vermogen om deze verhalen te onderscheiden en in twijfel te trekken, wat een significante verschuiving in hun perceptie van de werkelijkheid aangeeft.