Het citaat benadrukt dat de rol van de Heilige Geest niet is om heiligheid te bereiken als een voorwaarde voor vergeving. In plaats daarvan leidt de Geest ons naar het kruis, dat de bron van gratie symboliseert voor degenen die niet heilig zijn. Deze verschuiving in focus illustreert dat vergeving voor iedereen beschikbaar is, ongeacht hun staat.
Zodra individuen deze vergeving aan het kruis vinden, worden ze vervolgens gemachtigd om een leven van heiligheid na te streven. Dit proces benadrukt het relationele aspect van genade, waarbij iemands transformatie en streven naar een rechtvaardige leven voortkomt uit het begrijpen en ontvangen van goddelijke genade in plaats van er alleen naar te streven door persoonlijke inspanningen.