C. S. Lewis stelde het zo: we zijn halfhartige wezens, voor de gek met drank en seks en ambitie wanneer oneindige vreugde ons wordt aangeboden, als een onwetend kind dat wil doorgaan met het maken van moddertaarten in een sloppenwijk omdat hij zich niet kan voorstellen wat wordt bedoeld met het aanbod van een vakantie op zee. We zijn veel te gemakkelijk tevreden.5 Zelfs veel christenen hebben genoegen genomen met een leven van onbevredigende materiële acquisities, zoals moddertaarten in een sloppenwijk maken.
(C. S. Lewis put it this way: We are halfhearted creatures, fooling about with drink and sex and ambition when infinite joy is offered us, like an ignorant child who wants to go on making mud pies in a slum because he cannot imagine what is meant by the offer of a holiday at sea. We are far too easily pleased.5 Even many Christians have settled for a life of unsatisfying material acquisitions, like making mud pies in a slum.)
C.S. Lewis illustreert een diepgaande waarheid over de menselijke natuur en onze neiging om vervulling te zoeken in oppervlakkige genoegens. Vaak worden we afgeleid door tijdelijke aflaten zoals alcohol, seks en ambitie, waarbij we de diepere vreugde missen die het leven biedt. Deze situatie is verwant aan een kind dat, ondanks de belofte van een prachtige vakantie, ervoor kiest om in het vuil te spelen, zich niet bewust van de grotere mogelijkheden die hem beschikbaar zijn.
Velen, waaronder christenen, komen misschien vast in een cyclus van het nastreven van materiële bezittingen, verwant aan spelen met moddertaarten. Randy Alcorn in "The Treasure Principle" benadrukt dat een dergelijke mentaliteit ons verhindert om echte voldoening en vreugde te ervaren. De oproep is om de grotere vreugde te herkennen en te omarmen die verder bestaat dan alleen wereldse bezigheden.