Het personage worstelt met diep verlies na de dood van haar baby, na te denken over de mogelijkheid van reünie in het hiernamaals. Ze wenst het geluk van haar kind in de hemel en reflecteert op haar huidige situatie in Botswana. Dit verlangen naar verbinding met haar verloren kind geeft een gevoel van melancholie aan haar gedachten.
Te midden van haar verdriet overweegt ze ook de status van haar relatie met de heer J.L.B. Matekoni, zich afvragend of hij eindelijk een datum zal bepalen voor hun bruiloft. Hoewel ze zich zorgen maakt over de vertraging, beschouwt ze humoristisch het idee om in de hemel te trouwen als hij te lang wacht, wat een mix van hoop en ontslag suggereert in haar kijk op zowel het leven als de liefde.