Thomas Watson, een puriteinse prediker uit de 17e eeuw, benadrukte het belang van geluk onder gelovigen in zijn geschriften. Hij uitte het idee dat Gods intentie ten opzichte van de mensheid geworteld is in het verlangen om mensen blij te maken, en benadrukt de rol van goddelijke liefde en doel bij het bevorderen van een vrolijke instelling. Watson's perspectief weerspiegelt een bredere theologische overtuiging dat geluk een integraal onderdeel is van de christelijke ervaring.
In het boek over Happiness van Randy Alcorn onderstreept het citaat van Watson de verwachting voor mensen van God om vreugde en positiviteit te belichamen. Alcorn onderzoekt het concept van geluk als niet alleen een vluchtige emotie, maar een diepgaande staat van zijn die in overeenstemming is met spirituele leringen. Deze uitnodiging voor vreugde daagt gelovigen uit om met hun geloof om te gaan op een manier die geluk cultiveert, waardoor het idee wordt versterkt dat vreugde een essentieel aspect van het christelijke leven is.