Het citaat reflecteert op de aard van geloof en waarheid, wat suggereert dat wanneer iemand een valsheid accepteert, het vaak niet is omdat hij een leugen wil onderschrijven. Integendeel, individuen willen over het algemeen de waarheid begrijpen en accepteren. Dit sluit aan bij het idee dat mensen niet inherent bedrieglijk zijn; Ze kunnen gewoon worden misleid in het beschouwen van leugens als waarheden.
Epictetus benadrukt het belang van bewustzijn en onderscheidingsvermogen bij het herkennen van de waarheid. Volgens hem komt de acceptatie van valse overtuigingen voort uit een niet -zien van de realiteit duidelijk. Het bevorderen van een toewijding aan het zoeken naar waarheid is dus essentieel om de valkuilen van valse instemming te voorkomen, omdat ons begrip van de wereld onze acties en overtuigingen vormt.