De spreker drukt een diep verlangen uit naar Dream Angus, de Keltische god van dromen, in de hoop dat hij onverwacht tot haar zal komen tijdens een vredig moment, troost en comfort brengen. Ze reflecteert op haar verlangen naar een verbinding die haar zou kunnen transformeren, zowel persoonlijk als spiritueel, verlangt naar een liefde die haar perceptie van zichzelf en de wereld om haar heen zou kunnen veranderen.
Ze vraagt zich af of Dream Angus haar inzicht zal geven dat haar verdriet verlicht en haar tevredenheid brengt. De beelden van vogels symboliseert kussen, en ze overweegt de kracht van opgemerkt en geliefd te worden, zelfs door iemand die zich misschien onopvallend voelt. Uiteindelijk zoekt ze geruststelling dat deze goddelijke ontmoeting haar vervulling en genezing zou kunnen brengen.