Een John is anders dan een sukkel. Als je met een sukkel bent, ben je altijd alert. Je geeft hem niets. Een sukkel is gewoon om te worden genomen, maar een John is anders. Je geeft hem waar hij voor betaalt. Als je bij hem bent, geniet je van jezelf en wil je dat hij zich ook vermoedt.
(A John is different from a sucker. When you're with a sucker you're on alert all the time. You give him nothing. A sucker is just to be taken but a John is different. You give him what he pays for. When you're with him you enjoy yourself and you want him to enjoy himself too.)
De passage contrasteert twee soorten relaties die vaak worden gevonden in transactionele situaties, namelijk die met een "John" en een "sukkel". Een "sukkel" is iemand die constante waakzaamheid nodig heeft en er niets voor teruggaat, waarbij de interactie puur uitbuitend is. In dergelijke gevallen vindt de andere partij de noodzaak om te allen tijde op de wacht te zijn.
daarentegen vertegenwoordigt een "Johannes" een meer wederzijdse uitwisseling waar een begrip is dat beide partijen profiteren van de interactie. Het citaat suggereert dat in deze dynamiek beide individuen zich kunnen vermaken, omdat degene die de service verstrekt de regeling erkent en actief deelneemt aan het aangenaam maken van deze voor beide. De algemene toon houdt in dat hoewel beide relaties transactioneel kunnen zijn, de ervaring met een "John" aanzienlijk positiever en boeiend is.