Kurt Vonnegut Jr. onderzoekt in zijn boek "Cat's Cradle" het idee dat Amerikanen, door haat te maken, een gemeenschappelijk gevolg hebben van deel uit te maken van de wereldwijde gemeenschap. Hij suggereert dat elke samenleving negativiteit en kritiek tegenkomt, en het is voor Amerikanen naïef om te geloven dat ze immuun zijn voor deze natuurlijke menselijke reactie. Het perspectief van Vonnegut benadrukt dat haat niet uniek is voor Amerika, maar eerder een universeel fenomeen dat de complexiteit van menselijke interacties weerspiegelt.
Dit gezichtspunt benadrukt de onderlinge verbondenheid van mensen over de hele wereld en herinnert lezers eraan dat geen natie boven verwijt staat. Door te erkennen dat haat een typische reactie is op individuen of landen, moedigt Vonnegut een dieper inzicht in de wereldwijde dynamiek aan. Uiteindelijk pleit hij voor nederigheid, wat suggereert dat het accepteren van deze realiteit kan leiden tot meer betekenisvolle betrokkenheid bij anderen, in plaats van een verdedigende houding van het uitzonderlijk.