En ze liet haar ogen zakken bij het zachte verwijt, want ze had haar les geleerd, zelfs als er af en toe, maar slechts af en toe, terugvallen; Want niemand van ons is perfect, behalve, natuurlijk, degenen van wie we houden, de dingen van thuis, onze zeer gewaardeerde honden en katten, onze favorieten van een soort of andere.
(And she lowered her eyes at the gentle reproach, for she had learned her lesson, even if there would be occasional, but only very occasional, relapses; for none of us is perfect, except, of course, the ones we love, the things of home, our much appreciated dogs and cats, our favourites of one sort or another.)
In dit fragment uit "Emma" reflecteert de hoofdrolspeler op haar groei en het begrip dat perfectie een onrealistische verwachting is voor mensen. Hoewel ze vooruitgang heeft geboekt, erkent ze dat er nog steeds een overvaller kan optreden. Dit betekent de complexiteit van de menselijke natuur, waarbij het streven naar verbetering de mogelijkheid van fouten niet elimineert.
De passage benadrukt ook het idee dat perfectie kan worden gevonden in de dingen die we koesteren, zoals onze geliefden en geliefde huisdieren. Ze belichamen een soort ideaal dat troost en vreugde brengt, die een versie van perfectie vertegenwoordigen die geruststellend en haalbaar is. Deze dualiteit van imperfectie in onszelf en perfectie in onze genegenheden illustreert een fundamenteel aspect van liefde en gezelschap.