Het citaat van Joseph Heller's "Catch-22" benadrukt een personage genaamd Clevinger, die een voorbeeld is van de spanning tussen intellectualisme en echte waardering voor literatuur. Ondanks dat het hoogopgeleid is op Harvard, lijkt het begrip van Cleveer oppervlakkig, wat suggereert dat intelligentie alleen niet gelijk is aan wijsheid of plezier. Deze ironie onderstreept een centraal thema in het boek, waarbij de waarde van conventioneel onderwijs en kennis in twijfel wordt getrokken wanneer het geen ware betrokkenheid bij het leven en de literatuur bevordert.
Het commentaar van Heller weerspiegelt een bredere kritiek op de elite van de samenleving, die illustreert hoe een overdreven nadruk op referenties kan leiden tot een ontkoppeling van de geneugten van literatuur en kunst. Clevinger kent misschien de mechanica en thema's van literaire werken, maar toch mist hij het emotionele vermogen om contact met hen te maken, en onthult hoe academische prestaties zich niet altijd vertalen in een vervullende of verrijkte ervaring. Dit dient als een waarschuwend verhaal over het belang van het ervaren van kunst buiten intellectuele analyse.