De personage Clevinger uit Joseph Heller's "Catch-22" wordt door zijn collega's herkend als een briljant individu dat bestemd is voor succes in de academische wereld. Ondanks zijn intellectuele dapperheid is er echter een consensus dat hij praktische wijsheid of gezond verstand mist, weerspiegeld in de uitdrukking "veel intelligentie en geen hersenen." Dit contrast benadrukt de ironie van het hebben van kennis zonder de mogelijkheid om het effectief toe te passen in echte situaties.

Deze observatie dient als een kritiek op de academische wereld, waar intellect kan worden gewaardeerd over echt begrip of praktisch oordeel. Het personage van Clevinger illustreert de fouten bij het meten van intelligentie uitsluitend volgens academische normen, en benadrukt het belang van kritisch denken en real-world toepassing naast theoretische kennis.