In mijn dromen,' zei Ender, 'weet ik er nooit zeker van of ik echt mezelf ben.
(In my dreams," said Ender, "I'm never sure whether I'm really me.)
In "Ender's Game" worstelt hoofdpersoon Ender Wiggin met zijn identiteit en bewustzijn, waarbij hij vaak de realiteit van zijn bestaan in twijfel trekt. Het citaat weerspiegelt zijn innerlijke onrust en de vervaging van de grenzen tussen zijn ware zelf en de rollen die hij speelt. Als wonderkind dat een meedogenloos trainingsprogramma onderging, brachten de ervaringen van Ender hem ertoe na te denken over de authenticiteit van zijn emoties en gedachten, waarbij hij de nadruk legde op de strijd om zijn daden te verzoenen met zijn morele kompas.
Deze onzekerheid in Enders dromen suggereert een dieper conflict in hem, terwijl hij omgaat met de enorme druk om te slagen terwijl hij wordt gemanipuleerd door externe krachten. Door het hele verhaal heen zijn de lezers getuige van zijn evolutie van een strategisch genie naar iemand die gebukt gaat onder de implicaties van zijn keuzes, wat diepgaande vragen oproept over individualiteit, verantwoordelijkheid en de aard van zelfbewustzijn in uitdagende omstandigheden.
