In het verleden namen pure wetenschappers een snobistische kijk op het bedrijfsleven. Ze zagen het nastreven van geld als intellectueel oninteressant, alleen geschikt voor winkeliers. En
(In the past, pure scientists took a snobbish view of business. They saw the pursuit of money as intellectually uninteresting, suited only to shopkeepers. And)
Historisch gezien hadden pure wetenschappers een afwijzende houding ten opzichte van het bedrijfsleven, waarbij de achtervolging voor winst werd beschouwd als hun intellectuele inspanningen. Ze geloofden dat dergelijke bezigheden alleen geschikt waren voor mensen in de detailhandel, in plaats van serieuze academici of onderzoekers. Dit sentiment creëerde een kloof tussen wetenschappelijk onderzoek en commerciële belangen, die velen als vulgair of triviaal beschouwden.
In het 'Jurassic Park' van Michael Crichton worden deze onderliggende attitudes uitgedaagd als het verhaal zich ontvouwt, wat de spanning tussen wetenschappelijke ambitie en de commerciële uitbuiting van kennis illustreert. Het verhaal benadrukt hoe het samenvoegen van wetenschap en bedrijven kan leiden tot complexe ethische dilemma's, wat uiteindelijk de implicaties in twijfel trekt van het prioriteren van winst boven de integriteit van wetenschappelijke ontdekking.