Mijn eigen diagnose van mijn probleem is eenvoudiger. Het is dat ik 50 procent van mijn genoom deel met een banaan en 98 procent met een chimpansee. Bananen doen geen psychologische consistentie. En het kleine deel van ons dat anders is - het speciale Homo Sapiens -bit - is defect. Het werkt niet. Sorry daarvoor.
(My own diagnosis of my problem is a simpler one. It's that I share 50 per cent of my genome with a banana and 98 per cent with a chimpanzee. Banana's don't do psychological consistency. And the tiny part of us that's different - the special Homo sapiens bit - is faulty. It doesn't work. Sorry about that.)
In het boek "Engleby" van Sebastian Faulks reflecteert de verteller op de complexiteit van de menselijke natuur en identiteit door een inzichtelijke analyse van genetica. Ze merken op dat de verrassende overeenkomsten die mensen delen met andere soorten, met name vermelden dat mensen de helft van hun genetische materiaal delen met bananen en bijna allemaal met chimpansees. Deze vergelijking benadrukt de willekeurige en vaak gebrekkige aard van onze psychologische constructen.
De verteller suggereert dat de kleine genetische verschillen die ons markeren als homo sapiens de hoofdoorzaak kunnen zijn van onze psychologische inconsistenties. Ze impliceren een gevoel van ontslag voor deze inherente fout in de menselijke natuur en erkennen dat de eigenschappen die ons uniek maken soms kunnen leiden tot disfunctie. Het is een tot nadenken stemmend commentaar op wat het betekent om mens te zijn en de uitdagingen die voortkomen uit onze biologische make-up.