Het citaat benadrukt dat de realiteit onafhankelijk van menselijk geloof bestaat. Het suggereert dat de waarheid en de wetten van het universum constant blijven, ongeacht of individuen ervoor kiezen om hen te erkennen of erin te geloven. Dit principe daagt het idee uit dat collectieve overtuiging de fundamentele aspecten van de realiteit kan veranderen, waardoor de argumentum ad -populumfaillicum wordt aangepakt, die beweert dat de populariteit van een idee kan dienen als bewijs voor de waarheid ervan.
Door erop te wijzen dat de fysieke realiteit aanhoudt zonder de noodzaak van geloof, onderstreept de auteur een belangrijk onderscheid tussen subjectieve perceptie en objectief bestaan. Dit idee versterkt het idee dat het begrijpen van de realiteit een erkenning van feiten vereist die verder gaan dan persoonlijke of maatschappelijke overtuigingen, waardoor lezers de aard van de waarheid en het bestaan kritisch beschouwen.