Onthoud dan dat als je denkt dat de dingen die van nature slaafiek zijn, vrij zijn, en de dingen die in de kracht van anderen zijn om je eigen te zijn, je wordt gehinderd, je zult klagen, je zult verstoord worden, zul je zowel goden als mannen de schuld geven: maar als je denkt dat alleen je eigen, je bent Man, je zult niemand beschuldigen, je zult niets onvrijwillig doen {tegen je wil}, niemand zal je schaden, je zult geen vijand hebben, want je zult geen kwaad lijden. Als
(Remember then that if you think the things which are by nature slavish to be free, and the things which are in the power of others to be your own, you will be hindered, you will lament, you will be disturbed, you will blame both gods and men: but if you think that only which is your own to be your own, and if you think that what is another's, as it really is, belongs to another, no man will ever compel you, no man will hinder you, you will never blame any man, you will accuse no man, you will do nothing involuntarily {against your will}, no man will harm you, you will have no enemy, for you will not suffer any harm. If)
In deze passage benadrukt de auteur het belang van het begrijpen van de aard van vrijheid en eigendom. Wanneer individuen ten onrechte geloven dat ze dingen bezitten die buiten hun controle liggen, hebben ze zich opgezet voor teleurstelling en frustratie. Dit misverstand leidt tot klaagzang en schuld gericht op anderen, waaronder het goddelijke. Dus het herkennen van wat echt eigen is, helpt innerlijke vrede en autonomie te behouden.
bovendien suggereert de tekst dat door de grenzen van iemands controle te erkennen en te accepteren dat de bezittingen van andere mensen echt van hen zijn, een persoon conflicten en lijden kan vermijden. Dit duidelijke onderscheid bevordert een gevoel van bevrijding, omdat het voorkomt dat externe factoren macht hebben over iemands emotionele toestand. Op deze manier stelt het omarmen van deze wijsheid individuen in staat om het leven te navigeren zonder de last van schuld of negatieve gevoelens jegens anderen, wat leidt tot een sereen bestaan.