In "Ja, ik zei het", reflecteert Wanda Sykes humoristisch op haar temperament en beweert dat een pistool niet nodig is voor haar omdat ze gemakkelijk gefrustreerd kan raken. Haar geestige opmerking benadrukt de absurditeit van de situatie waarin ze misschien toevlucht neemt tot geweld tegen gasten die ze daadwerkelijk in haar huis heeft uitgenodigd, met haar komische perspectief op woede en sociale interacties. Sykes gebruikt deze overdrijving om haar gedachten over ergerlijke manier over te brengen.
Dit commentaar dient als een satire over de impuls om agressief te reageren in sociale situaties, en benadrukt hoe haar humor is geworteld in zelfbewustzijn. Door dit gevoel te articuleren, nodigt Sykes lezers uit om de implicaties van woede te overwegen en het belang van het handhaven van kalmte in het licht van irritaties, waardoor een serieus onderwerp een tong-in-wang bespreking van menselijke emoties en gedrag maakt.