That was where he wanted to be if he had to be there at all, instead of hung out there in front like some goddam cantilevered goldfish in some goddam cantilevered goldfish bowl while the goddam foul black tiers of flak were bursting and booming and billowing all around and above and below him in a climbing, cracking, staggered, banging, phantasmagorical, cosmological wickedness that jarred and tossed and huiverde, gekletterd en doorboord en dreigde ze allemaal in één splinter van een seconde te vernietigen in één enorme vuurflits.
(That was where he wanted to be if he had to be there at all, instead of hung out there in front like some goddam cantilevered goldfish in some goddam cantilevered goldfish bowl while the goddam foul black tiers of flak were bursting and booming and billowing all around and above and below him in a climbing, cracking, staggered, banging, phantasmagorical, cosmological wickedness that jarred and tossed and shivered, clattered and pierced, and threatened to annihilate them all in one splinter of a second in one vast flash of fire.)
Het personage drukt een diepe wens uit om overal te zijn, maar blootgesteld en kwetsbaar in zijn huidige situatie. Hij voelt zich gevangen en vergelijkt zichzelf met een goudvis in een kom, volledig bewust van de chaos en het gevaar rondom hem. In plaats van in deze precaire positie te zijn, verlangt hij naar een gevoel van veiligheid en herinnert hij herinneringen op waar hij liever zou zijn als hij een keuze had.
De levendige beelden van vliegen door een storm van luchtafweer bracht een gevoel van overweldigende angst en verwarring over. De beschrijvingen van geluid en chaos benadrukken de mentale onrust die hij ervaart, met de intense gevechtsdruk en de constante bedreiging voor zijn bestaan. Deze onrust benadrukt de absurditeit en het gevaar van oorlog en legt de emotionele strijd vast van degenen die in dergelijke omstandigheden worden gevangen.