De reden dat de massa mensen God vrezen, en onderaan hem niet leuk vinden, is omdat ze eerder zijn hart wantrouwen en hem als een horloge zin hebben.
(The reason the mass of men fear God, and at bottom dislike Him, is because they rather distrust His heart, and fancy Him all brain like a watch.)
In de correspondentie van Herman Melville reflecteert hij op de complexe gevoelens die veel mensen hebben tegenover God. Hij suggereert dat een diepgewortelde angst en afkeer van God voortkomt uit een fundamenteel wantrouwen van zijn karakter. Mensen hebben de neiging om God te zien als een mechanisch wezen, gedefinieerd door intellect in plaats van emotie, waardoor het voor hen moeilijk is om op een zinvolle manier contact met hem te maken.
Deze perceptie kan leiden tot een gebrek aan oprecht geloof, omdat individuen zich kunnen voelen dat God afstandelijk of onpersoonlijk is. In plaats van God als een liefhebbende en medelevende entiteit te zien, kunnen ze hem alleen beschouwen als een abstracte kracht geregeerd door logica en gedachte. Deze ontkoppeling benadrukt de strijd om het geloof met persoonlijke gevoelens te verzoenen, en beïnvloedt hoe mensen zich verhouden tot het goddelijke.
