In Adam Gopnik's "The King in the Window" reflecteert de auteur op het concept van verlangen en verlies. Hij suggereert dat hoewel we de momenten die we hebben verloren niet direct kunnen waarnemen, er een diepgaand gevoel van afwezigheid in ons blijft hangen. Deze onbekende leegte drijft ons ertoe om te zoeken wat er in ons leven ontbreekt, waardoor een verlangen ontstak dat onze acties beïnvloedt, zowel positief als negatief.
Gopnik stelt dat dit innerlijke verlangen ons vaak ertoe brengt om betekenis en vervulling te zoeken, gesymboliseerd door het uitkijken van ramen. Het licht dat we zien en het verlangen dat we voelen zijn met elkaar verweven, omdat ze allebei wijzen op een inherent verlangen om opnieuw in contact te komen met wat we geloven dat we verloren hebben. Onze emotionele ervaringen en bezigheden zijn dus diep geworteld in deze zoektocht naar die ongrijpbare "verloren halve minuut".