Wat zou je kunnen doen? Majoor majoor vroeg zich opnieuw. Wat zou je kunnen doen met een man die je vierkant in de ogen keek en zei dat hij liever zou sterven dan gedood te worden in een gevecht, een man die minstens zo volwassen en intelligent was als je was en die je moest doen doen? Wat zou je tegen hem kunnen zeggen?
(What could you do? Major Major asked himself again. What could you do with a man who looked you squarely in the eye and said he would rather die than be killed in combat, a man who was at least as mature and intelligent as you were and who you had to pretend was not? What could you say to him?)
In Joseph Heller's "Catch-22", grote grote sleutels met de complexe emoties en morele dilemma's van een soldaat die het leven zo diep waardeert dat hij de dood zou kiezen boven het doden in de strijd. Deze reflectie benadrukt de strijd waarmee individuen worden geconfronteerd wanneer ze worden geconfronteerd met de grimmige realiteit van oorlog en de ethische implicaties van hun keuzes. De tweedeling tussen de positie van het gezag van Major Major en het ernstige perspectief van de soldaat creëert een spanning die de traditionele noties van moed en plicht uitdaagt.
De passage roept essentiële vragen op over authenticiteit en de aard van leiderschap in ernstige omstandigheden. Majoor majoor realiseert zich dat hij moet navigeren door de ongemakkelijke ruimte van het erkennen van de volwassenheid van de soldaat, terwijl hij zich houdt aan maatschappelijke normen die dergelijke gevoelens afwijzen. Dit interne conflict onderstreept de absurditeiten van oorlog, waarbij de dapperste beslissingen als lafheid kunnen worden beschouwd, waardoor individuen hun overtuigingen en de verwachtingen op hen hebben geconfronteerd.