Leegte. Hij zag niemand, alleen een grote kamer met vorenachtige rijen stoelen en, aan het einde, een kist omgeven door bloemen. Uit in een kleine sideroom een ouderwets rietpomporgaan en een paar houten vouwstoelen. Het mortuarium rook naar stof en bloemen, een zoet, oud mengsel dat hem afsloeg. Denk aan alle Iowans, de gedachte, die de eeuwigheid in deze lusteloze kamer heeft omarmd.
(Emptiness. He saw no one, only a large chamber with pewlike rows of seats and, at the far end, a casket surrounded by flowers. Off in a small sideroom an old-fashioned reed pump organ and a few wooden folding chairs. The mortuary smelled of dust and flowers, a sweet, stale mixture that repelled him. Think of all the Iowans, the thought, who've embraced eternity in this listless room.)
In een grote, verlaten kamer observeert de hoofdrolspeler een lege setting gedomineerd door rijen banken en een kist versierd met bloemen. De sfeer is zwaar met een mix van stof en bloemengeuren die een verontrustende stemming creëert. Deze ruimte, bedoeld voor rouw, roept een gevoel van leegte en verval op, symbolisch voor de finaliteit die gepaard gaat met de dood.
De hoofdrolspeler reflecteert op de vele individuen uit Iowa die deze levenloze kamer hebben doorgemaakt en nu de eeuwigheid omarmt binnen zijn grenzen. De beelden van het rietpomporgaan en vouwstoelen dragen bij aan het gevoel van stagnatie en verdriet, wat suggereert dat deze plek een tijdelijke pauze is voor het onvermijdelijke. Het legt een aangrijpend moment vast dat het emotionele gewicht van verlies en het verstrijken van de tijd benadrukt.