Ik was een rot kind. Mijn opwinding kwam doordat ik zag waar ik mee weg kon komen.
(I was a rotten kid. My excitement came from seeing what I could get away with.)
Dit citaat onthult een jeugd gekenmerkt door ondeugendheid en een verlangen naar sensatie. Het belicht een tijd waarin grenzen op de proef werden gesteld, niet uit boosaardigheid, maar misschien uit nieuwsgierigheid of een gebrek aan begrip van de gevolgen. Dergelijke reflecties kunnen dienen als een herinnering dat jeugdige rebellie vaak deel uitmaakt van het opgroeien, en het onderstreept het belang van discipline en leiding. Het herkennen van deze fase kan leiden tot een grotere empathie voor de fouten van anderen uit het verleden, terwijl hun groei in de loop van de tijd wordt gewaardeerd.