Het ding dat Amerikaanse mensen vrezen voor bedrijven is dat ze te veel macht kunnen bereiken. We hebben een antipathie aan de macht, zelfs als we het bewonderen.
(The thing American people fear about corporations is that they might achieve too much power. We have an antipathy to power even as we admire it.)
Het Amerikaanse publiek heeft een complexe kijk op bedrijven, gekenmerkt door zowel bewondering als achterdocht. Hoewel mensen de efficiëntie en innovatie erkennen die gepaard gaan met krachtige bedrijven, is er ook een diepgewortelde angst voor het potentieel voor deze entiteiten om overmatige invloed op de samenleving uit te oefenen. Deze angst komt voort uit een historisch wantrouwen van geconcentreerde macht, wat leidt tot bezorgdheid over hoe dit van invloed kan zijn op democratie en gemeenschappelijk welzijn.
Deze ambivalentie weerspiegelt een bredere culturele houding ten opzichte van macht in Amerika. Aan de ene kant vieren Amerikanen individualisme en ondernemerssucces; Aan de andere kant erkennen ze de risico's die verband houden met dat succes, vooral wanneer het leidt tot monopolistisch gedrag of ondermijnt de gemeenschapswaarden. De observatie van Annie Proulx benadrukt deze dichotomie en onthult de spanning tussen bewondering voor succes en de wens om het bereik van de macht te beperken.