De spreker drukt zijn geloof uit in wat er is gecommuniceerd, maar benadrukt een gevoel van ontoereikendheid in zijn huidige middelen. Hoewel ze vermelden dat ze een team van zes fulltime officieren en vier reserve-agenten hebben, wijzen ze er ook op dat hun getrainde hond nu gewond is geraakt, waardoor hun operationele capaciteit aanzienlijk wordt verminderd. Dit zorgt voor druk op hun vermogen om drukke diensten te beheren, waardoor er slechts twee officieren beschikbaar zijn voor cruciale taken.
Verder benadrukt de spreker op humoristische wijze de beperkingen van hun ervaring, waarbij hij toegeeft dat hun meest complexe onderzoek zoiets kleins is geweest als brievenbusdiefstal. Dit duidt op een dieper gevoel van frustratie en misschien een onwil om verantwoordelijkheden op zich te nemen die verder gaan dan hun huidige mogelijkheden. De mix van ongeloof in de ernst van de situatie en hun gebrek aan ervaring onderstreept hun bezorgdheid over de uitdagingen waarmee ze worden geconfronteerd.