Een tijd voor Vlaanderen en Auschwitz had aangetoond dat, gezien de middelen om te doden en de mogelijkheid om ze te gebruiken, de soort, verre van een hoogtepunt in de schepping, eigenlijk lager was op de schaal dan alle anderen in het geslacht of het gezin.
(A time before Flanders and Auschwitz had shown that, given the means of killing and the opportunity to use them, the species, far from being a pinnacle in creation, was actually lower on the scale than all others in its genus or family.)
In zijn boek "Where My Heart Yet om te verslaan", reflecteert Sebastian Faulks op het vermogen van de mensheid tot geweld, wat suggereert dat historische gebeurtenissen zoals Vlaanderen en Auschwitz een donkere kant van de menselijke natuur onthullen. Hij impliceert dat wanneer de middelen worden gegeven om te doden, mensen wreedheid kunnen vertonen die hen lager plaatst dan andere soorten in morele achting. Dit perspectief daagt het idee van de mensheid uit als de hoogste vorm van leven, in plaats daarvan het vermogen tot wreedheid benadrukt dat bestaat binnen de menselijke geest.
waarnemingen van Faulks dwingen lezers om de implicaties van menselijk gedrag door de geschiedenis heen te heroverwegen. Het citaat benadrukt dat, ondanks onze geavanceerde vaardigheden en prestaties, de mensheid soms kan teruggaan naar gewelddadige instincten, een verontrustende waarheid onthullen over ons potentieel voor onmenselijkheid. Dergelijke reflecties dienen als een herinnering aan het belang van het begrijpen en confronteren van onze donkere impulsen om als soort te evolueren.