Volgens populaire verhalen klom emir Hussein op de ochtend van 5 juni 1916 naar een toren van zijn paleis in Mekka en vuurde een oud musket af in de richting van het Turkse fort van de stad. Het was het signaal tot rebellie, en tegen het einde van die dag hadden Husseins volgelingen aanvallen gelanceerd op een aantal Turkse versterkingen over de hele Hejaz.
(By popular account, on the morning of June 5, 1916, Emir Hussein climbed to a tower of his palace in Mecca and fired an old musket in the direction of the city's Turkish fort. It was the signal to rebellion, and by the end of that day Hussein's followers had launched attacks against a number of Turkish strongpoints across the length of the Hejaz.)
Op 5 juni 1916 ondernam emir Hoessein een historische stap die de Arabische opstand tegen de Ottomaanse controle zou ontketenen. Hij positioneerde zichzelf in een toren van zijn paleis in Mekka en vuurde een oud musket af op het Turkse fort, waarmee hij zijn volgelingen het teken gaf om op te staan. Deze daad markeerde die dag het begin van een gecoördineerd verzet tegen de Turkse bolwerken in de Hejaz-regio.
De opstand onder leiding van Hoessein kwam snel in een stroomversnelling, met verschillende aanvallen op Turkse militaire punten. Deze gebeurtenis symboliseert de zoektocht naar Arabische onafhankelijkheid tijdens de Eerste Wereldoorlog en weerspiegelt de complexiteit en spanningen van de historische context in het Midden-Oosten, zoals besproken in het werk van Scott Anderson. De opstand veranderde uiteindelijk het politieke landschap van de regio en maakte de weg vrij voor toekomstige ontwikkelingen.