Tussen eind 2005 en medio 2007 hielden Wall Street-bedrijven zich bezig met het creëren van door subprime gesteunde onderpandschuldverplichtingen (CDO's), wat naar schatting $ 200 tot $ 400 miljard genereert. Deze financiële activiteit betekende een aanzienlijke periode van roekeloosheid op de hypotheekmarkt, omdat bedrijven wilden profiteren van risicovolle leningen ondanks mogelijke gevolgen.
De toename van Subprime CDO's speelde een cruciale rol in de uiteindelijke financiële crisis, omdat deze complexe effecten in verband met hypotheken van lage kwaliteit bijdroegen aan wijdverbreide economische instabiliteit. De acties van deze Wall Street-bedrijven benadrukten de gevaren van overmatige risico's en de gevolgen die volgden uit het prioriteren van winst boven voorzichtige financiële praktijken.