In het citaat uit het "handboek" van Epictetus benadrukt de auteur het belang van het erkennen van iemands fouten in plaats van vaak wangedrag te plegen zonder verantwoording. Hij suggereert dat het maken van incidentele fouten acceptabel is, zolang men bereid is om hen toe te laten en te leren van de ervaring. Dit weerspiegelt de waarde van eerlijkheid en persoonlijke integriteit over de loutere vermijding van fouten.
Bovendien pleit Epictetus voor om te streven om te doen wat de meeste tijd goed is. Hij impliceert dat de ware karaktermaat niet de afwezigheid van verkeerde acties is, maar de oprechtheid bij het herkennen en bezitten van hen. Daarom is het deugdzamer om af en toe een fout te maken en eerlijkheid te omarmen dan om zich gewoonlijk slecht te gedragen terwijl de verantwoordelijkheid voor die acties wordt vermeden.