Het was natuurlijk waar, er was een abnormaal niveau van narcisme in onze samenleving, maar het deed niet, zei hij, tegen zichzelf, om er te veel tijd over te besteden. De maatschappij veranderde. Narcisme ging over liefde, uiteindelijk, zelfs als alleen liefde voor zichzelf. En dat was beter dan haat. Over het algemeen was haat, van alle verleidelijke goden, vandaag de ongelukkigste. Hij had zijn rekruten natuurlijk, maar ze waren relatief weinig en belasterd. Maakte het uit of jonge mannen dachten aan mode en haargel toen, niet al zoveel jaren geleden, hun gedachten de neiging hadden om te wenden tot oorlog en vlaggen en het grimmige partijdigheid van het voetbalterras?
(It was true, of course, there was an abnormal level of narcissism in our society, but it did not do, he told himself, to spend too much time going on about it. Society changed. Narcissism was about love, ultimately, even if only love of self. And that was better than hate. By and large, Hate, of all the tempting gods, was the unhappiest today. He had his recruits, naturally, but they were relatively few, and vilified. Did it matter if young men thought of fashion and hair gel when, not all that many years ago, their thoughts had tended to turn to war and flags and the grim partisanship of the football terrace?)
De hoofdrolspeler reflecteert op het doordringende narcisme in de hedendaagse samenleving, en erkent dat hoewel het alarmerend is, er exvolerend aan blijft, onproductief is. Hij suggereert dat narcisme in de kern een vorm van liefde vertegenwoordigt, voornamelijk zelfliefde, die, in tegenstelling tot haat, een relatief positieve kracht is. Haat wordt gezien als een minder populair en minder bevredigend sentiment in de moderne tijd, zelfs als het nog steeds zijn volgers heeft.
Hij beschouwt de verschuiving in focus onder jonge mannen van agressieve ideologieën zoals oorlog en partijdigheid om meer te worden afgestemd op persoonlijk imago en mode. Deze verandering, zo betoogt hij, duidt op een maatschappelijke evolutie waarbij de omhelzing van individualisme en zelfexpressie enkele van de meer verdeeldheid van het verleden heeft vervangen, wat duidt op een beweging naar een meer goedaardige preoccupatie met zichzelf, in plaats van een schadelijke obsessie. P>