In dit fragment uit "Queer" van William S. Burroughs observeert de verteller, Lee, een jongen genaamd Allerton met een mix van bewondering en verlangen. Lee wordt gefascineerd door de delicate kenmerken van Allerton en drukt een intens verlangen uit, het gevoel dat hij hem kan bereiken en fysiek kan aanraken, hoewel dit puur wordt gedacht. De levendige beschrijving van Allerton's violette ogen en emotionele opwinding voegt diepte toe aan Lee's gevoelens, met een moment van intieme verbinding.
Terwijl Lee's handen metaforisch het lichaam van Allerton verkennen, benadrukt het verhaal de complexiteit van verlangen en het pijnlijke verlangen dat daarbij hoort. Lee's emoties zijn voelbaar als hij zowel plezier als pijn ervaart op dit geladen moment. De verwevenheid van fysieke aantrekkingskracht en emotionele gevoeligheid onthult de intensiteit van Lee's gevoelens, en Burroughs legt de essentie van menselijk verlangen op een diepgaande manier vast.