Ze waren een vorm van gemuteerde twinning, samengevoegd aan de basis van de schedel zodat een enkele cefalische structuur beide afzonderlijke lichamen diende. Blijkbaar bewoonde de persoonlijkheid die George één halfrond van de hersenen bewoonde, gebruikte één oog: het recht, zoals hij zich herinnerde. En de persoonlijkheid Walt bestond aan de andere kant, onderscheiden met zijn eigen eigenaardigheden, uitzicht en schijven-en zijn eigen oog om het buitenuniversum te bekijken.
(They were a form of mutated twinning, joined at the base of the skull so that a single cephalic structure served both separate bodies. Evidently the personality George inhabited one hemisphere of the brain, made use of one eye: the right, as he recalled. And the personality Walt existed on the other side, distinct with its own idiosyncrasies, views and drives-and its own eye from which to view the outside universe.)
In "The Crack in Space" van Philip K. Dick vertegenwoordigen de personages George en Walt een uniek geval van samengevoegde tweelingen, die een enkel hoofd delen terwijl ze verschillende persoonlijkheden bezitten. Deze ongebruikelijke toestand laat zien hoe het bewustzijn van elke tweeling onafhankelijk werkt binnen hun gedeelde fysieke structuur. Terwijl George verband houdt met één halfrond van de hersenen, in staat om het ene oog te gebruiken, werkt Walt vanuit het andere halfrond met een afzonderlijk perspectief op het leven.
De dualiteit van hun bestaan illustreert de complexiteit van identiteit en individualiteit. Elke persoonlijkheid vertoont zijn eigen eigenschappen en gezichtspunten, wat leidt tot een rijke verkenning van hun interacties en ervaringen in de wereld. Dit verhaal duikt niet alleen in hun fysieke realiteit, maar reflecteert ook op de bredere implicaties van bewustzijn en de aard van het zelf binnen gedeeld bestaan.